De familie Keijlard – Wim  (gezin)

Zijn ouders   Jeugd    Verkering  Gezin   Oorlog    Na de oorlog

(jan 2020) Terug naar Mijn Stambomen


mst.

Nadat Cor was aangekomen, logeerde ze eerst bij de familie Orthel, (wonende op de Gang Pool, Weltevreden) hetgeen vrienden waren van de heer Rörhman. Ze vond een baan op kantoor. Wim had een tijdelijke baan bij een bank en kon vervolgens terecht bij de HVA, (Handels Vereniging Amsterdam). Dat was ook aantrekkelijk, omdat hij dan recht kreeg op verlof. Hij vertrok met Cor naar de vezelonderneming Parnabolon bij Siantar.

(Daar werkte ook de vader van Hank Engel, die later met Gerrit-Jan Heijn huwde (van AH) )

 

 

December 1927, verjaarsvisite van Wim, familie De Hondt en De Wilde.

 

In maart 1928 zou Ger, de broer van Wim, gaan trouwen en daardoor was hij niet langer in staat om zijn moeder te onderhouden.

 

 

Greet kwam daarom in feb 1928 naar Deli toe, met de Constantijn Huijgens. De boot ging naar Belawan, dat iets boven Medan lag. Wellicht kwam ze ook helpen omdat haar schoondochter zwanger was. Er loopt een spoorlijn van Belawan naar Siantar, dus waarschijnlijk is Wim zijn moeder daar wel gaan halen.

Op de passagierslijst staan ook de namen van de familie L. Visser en 2 kinderen. Dat was Leen Visser, die getrouwd was met Rie Daub, een nichtje van Greet. Zij gingen wonen/werken bij de Nijkerkfabriek.

 

  Greet, Wim en Cor voor het huis in Parnabolon, juni 1928

 

In augustus 1928  werd het eerste kind van Wim en Cor geboren, de jongen werd Bob genoemd.

Het gezin woonde toen in Dolok Meranger.

(Andere namen die op (andere) foto’s worden genoemd zijn: H. De Wilde, Van Vessem, De Hondt, Piet Bosch, Hylkema)

 

 

 

 Het gezin met zoon Bob op de voorgalerij.

   Eerste stapjes van Bob

 

 Uitstapje, zwemmen in het Toba meer

Bezoek aan Leen en Rie Visser bij de Nijkerkfabriek, nov. 1928

 Mei 1929, bezoek aan Sibajak Brastagi

 

 

In 1930 gingen de zaken ook in steeds Indië slechter.

In mei 1931 was er een ontvangst bij mevrouw Buis.

Vlak voordat Wim verlof zou krijgen in 1931, werd hij ontslagen en keerde het gezin terug naar Nederland. Greet wilde eigenlijk liever blijven, maar aangezien ze te veel oog had voor getrouwde mannen, vond Wim dat geen goed idee en moeder ging dus mee terug naar Nederland.

Daar huurden ze een kamer op de Rozengracht (Bij Janna Beck) om een paar maanden later te verhuizen naar Nijmegen, waar ze een goedkope woning huurden op de Bloemenstraat 79 (een straat die later in de oorlog gebombardeerd werd) en niet veel later naar de Hazekampseweg 99.

Het was een moeilijke tijd. Wim probeerde geld te verdienen wat moeilijk lukte en tot overmaat van ramp werd Cor weer zwanger, terwijl ze nauwelijks geld hadden. Cor wilde absoluut niet bij de katholieke nonnen bevallen en ging dus met Bob naar Amsterdam toe, waar ook al haar familie woonde. Daar beviel ze kosteloos op de Camperstraat 17, de vroedvrouwkliniek. Bob logeerde bij oma Greet.

 

 Vroedvrouwkliniek in Amsterdam

 

Op 9 februari werd dochter Willy geboren. Na tien dagen keerde ze met haar kinderen terug naar Nijmegen.

In de winter van 1933 werd Cor zwaar ziek, longontsteking. Ze moest naar het ziekenhuis en Wim zorgde voor de kinderen. Hij maakte gewoonlijk boerenkool die hij, vermengd met veel melk, met de zuigfles aan Willy voerde.

Om geld te verdienen verhuurden ze kamers en later begonnen ze zelfs een pension, eerst kwam er vooral familie, later woonden er ook twee onderwijzeressen langdurig bij hen in.

 

 Het gezin en oma voor het huis in Nijmegen.

 

Het was moeilijk om het hoofd boven water te houden in de crisisjaren en Wim wilde heel graag terug naar Indië.

In december 1936 verkocht hij al zijn spullen en het gezin verliet Nederland. Via Singapore ging het naar Medan kwamen waar ze werden opgevangen door Leen Visser en Rie Daub.  Daarna gingen ze naar Batavia waar ze eerst in huis kwamen bij Piet en Siet Orthel, (via de heer Röhrman) en later bij de familie Van Kleef.

Het duurde even maar toen kreeg Wim de kans om een toko (winkel) van de BPM te beginnen in Pladjoe.

 De toko in Pladju

 

Het was goed leven in Pladjoe. Nadat ze eerst in een huis op palen woonden, verhuisden ze naar een stenen huis aan de Bagoes Koening, waar de kinderen zelfs een eigen kamer kregen. De buren waren Ohm en Kornmann.  Wim en Cor raakten bevriend met de families Beemers, Sombeek, Simonis en Versnel.  Op zaterdag gingen ze naar de sociëteit waar ze konden dansen of een film kijken.

Ook Koninginnedag werd uitbundig gevierd (in augustus).  (foto)

 

 

Op deze foto wacht het gezin op de steiger op de pont Marie die hen over de Musi zal zetten voor een dagje naar Palembang.

 

.

 

Het gezin ging uiteraard ook vaak naar het zwembad. Hier meer foto’s!

 

Onderwijl ging het in Nederland niet goed. Wim en Cor zaten vaak ’s avonds naar een krakende radio te luisteren om te horen dat de Duitsers Nederland waren binnen gevallen. Toch namen ze het niet heel ernstig op, want er werden gewoon plannen gemaakt voor de oudste zoon die binnenkort naar de HBS moest. Cor moest al zijn kleren B.K. merken.

 

 De HBS

 

Maar in december werd het ernst.  Op zondagochtend 7 december 1941 zat iedereen bij de radio te huilen. De berichten over Pearl Harbor kwamen door. Nederlands Indië verklaarde de oorlog aan Japan. Wim moest perma­nent onder dienst en Bob kwam met nog een paar kinderen per vliegtuig van Bandoeng naar Palembang en met de bus naar Bagoes Koening.

Toch werd er nog gewoon kerst gevierd.

 

 

Vervolg

Terug naar Mijn Stambomen